Leasemaatschappijen in de knel door tegenvallende restwaarde van elektrische auto’s
De tweedehandswaarde van elektrische auto’s valt behoorlijk tegen voor de leasingbranche, en dat zorgt voor problemen. Tim Albertsen, CEO van Ayvens, een van de grootste leasemaatschappijen in Europa, heeft hier onlangs zijn bezorgdheid over uitgesproken.
Albertsen vraagt zich af of bedrijven volledig op elektrische auto’s zullen overstappen, zeker nu de restwaardes zo onvoorspelbaar blijken. Dit brengt namelijk grote financiële risico’s met zich mee.
Bedrijven als Ayvens zitten met verrassend lage restwaardes van hun elektrische voertuigen. Met zo’n 3,4 miljoen auto’s in Europa, waarvan tien procent elektrisch, speelt de restwaarde een belangrijke rol voor hen, omdat het bepaalt wat er aan het einde van het leasecontract terugbetaald moet worden.
Een hogere restwaarde betekent lagere maandelijkse kosten, wat essentieel is voor betaalbare leasecontracten. Terwijl voor benzine- en dieselauto’s de restwaarde vaak redelijk voorspelbaar is, geldt dat niet voor elektrische auto’s. Aanvankelijk waren er hoge verwachtingen: elektrische auto’s zouden minder slijtage hebben en dus een hogere restwaarde behouden. Dit vertrouwen is deels ontstaan door de eerste Tesla’s die hoge prijzen haalden op de tweedehandsmarkt.
Maar de markt is veranderd. Met goedkopere modellen uit landen zoals China en technologische vooruitgangen loopt de vraag naar oudere tweedehands elektrische auto’s terug.
Nu de eerste golf elektrische bedrijfswagens zo’n vier jaar oud is, moeten ze verkocht worden op de tweedehandsmarkt, maar hun prijzen zijn 35 tot 40 procent lager dan verwacht. De technische staat is niet het probleem, maar kopers hebben liever nieuwere modellen.
Gevolgen van de lage restwaarde
Leasemaatschappijen wereldwijd merken de impact van deze lage restwaardes. Zo moest Hertz een verlies van 150 miljoen dollar incalculeren door te hoge inschattingen van restwaarde voor 20.000 elektrische auto’s. Ook Sixt, een andere grote speler, heeft 40 miljoen euro moeten afschrijven.
Als reactie verhogen leasemaatschappijen de prijzen voor elektrische voertuigen. In Duitsland zijn de maandelijkse leasekosten voor elektrische auto’s bijna verdubbeld sinds 2021, terwijl de benzine- en dieselprijzen stabiel zijn gebleven.
Ook in België gaan de leaseprijzen omhoog, wat bedrijven dwingt goed na te denken over hun wagenpark. Modellen zoals de BMW X3, eens toegankelijk voor middelmanagement, zijn nu alleen nog haalbaar voor de hogere managers. Tesla, ooit erg populair, wordt nu minder gekozen door de onvoorspelbare prijzen en restwaardes.
Daarnaast maken bedrijven zich zorgen over de service van Tesla en de politieke uitlatingen van Elon Musk, waardoor bedrijven hun groene reputatie willen beschermen en voorzichtig zijn.
Stijn Blanckaert, directeur van Renta, de Belgische brancheorganisatie voor de leasingsector, benadrukt dat de sector niet ontmoedigd moet raken. Ondanks oproepen van grote leasingbedrijven om de elektrificatie te vertragen, houdt de Europese Commissie vast aan de Green Deal. Blanckaert denkt dat de markt voor elektrische voertuigen stabiliseert naarmate meer data beschikbaar komt en de technologie verder verbeterd wordt. Dit zou moeten leiden tot betrouwbaardere restwaardes en minder risico voor leasemaatschappijen.
Omgaan met de veranderende markt
Leasemaatschappijen moeten blijven zoeken naar manieren om zich aan te passen aan de veranderende markt. Voor veel bedrijven is het aantrekkelijk om met leasemaatschappijen samen te werken omdat deze het restwaarderisico helemaal overnemen. Dit biedt een zekere bescherming tegen de grillen van de markt. Ondanks de huidige uitdagingen met elektrische auto’s, is de verwachting dat de situatie op de lange termijn beter wordt.